28 december 2013

Mooiste foto van het Overbosch

 
VOORHOUT - Wat mij betreft is dit de mooiste foto van het Overbosch in het afgelopen jaar.

22 november 2012

Alice in Oegstgeester Wonderland

OEGSTGEEST – Zodra een officieel onderzoeksbureau de gemeentelijke organisatie gaat vergelijken met Alice in Wonderland, weet je dat het niet goed zit. Het rapport ‘Het Lek Boven En Stoppen’ van adviesbureau Public Profit BV maakt compleet gehakt van de wijze waarop het gemeentebestuur en de ambtenaren de afgelopen jaren hebben gewerkt. ‘Als je niet weet wat je wilt, maakt het ook niet uit wat je doet.’

Deze quote is volgens Public Profit BV vrij vertaald uit Alice in Wonderland en de vijftien woorden omschrijven perfect de manier waarop besluiten werden genomen en gehandeld werd. Zo stelt het rapport dat er sprake is van ‘gebrek aan inzicht in de flexibiliteit van de exploitatie’ en ‘beperkingen in de wijze waarop de financiële sturing binnen de gemeente is georganiseerd’. Ook is het niet altijd duidelijk op basis waarvan programma’s worden gemanaged en aangestuurd. De chaos is zelfs zo groot dat enkele ambtenaren een eigen schaduwboekhouding bijhouden, om in ieder geval voor zichzelf nog een beetje het overzicht te behouden.

Het onderzoeksbureau heeft gesproken met bestuur, management en vertegenwoordigers van Servicepunt 71. Ook de raadsleden hebben in een aparte sessie hun visies kunnen geven. De resultaten van het onderzoek zijn schokkend. Professionaliteit en vakvolwassenheid is ver te zoeken in de organisatie; ook bij het management. De raad heeft geen vertrouwen in het college, daar waar het de financiële sturing en de grip op het gemeenschapsgeld betreft. Financiële lange termijn planning is niet aan de orde. ‘Wantrouwen en onvrede vechten om de voorrang’. Het wantrouwen wordt versterkt door de ervaringen van de raad. De begrotingen en voortgangsrapportages werden opgesteld door het vorige college, maar direct nadat de raad deze financiële stukken had aangenomen en er moties en amendementen op had losgelaten, verdwenen de papieren weer in de donkere krochten van de diepste bureauladen. Public Profit stelt hierover: ‘De uitvoeringspraktijk is een andere dan zoals verwoord in beide sturingsdocumenten.’

Het gemeentebestuur blijkt echt geen idee te hebben waar ze mee bezig is. ‘De kostendekkendheid van de leges is niet of nauwelijks vast te stellen en ook de administratie van de beoogde opbrengsten van samenwerkingsverbanden is niet transparant. Een gerichte sturing op de opbrengsten in relatie tot de gemaakte kosten is daardoor niet of nauwelijks mogelijk.’ Het college was niet in staat om de zaken in de hand te houden. Het onderzoeksbureau stelt: ‘Gebrek aan financiële sturing leidt tot afname van vertrouwen bij de raad. Het college is weinig actiegericht op verbetering van de financiële sturing. Integraal management is een loos begrip en is onvoldoende geconcretiseerd.’

Het is erg gemakkelijk om het college van burgemeester en wethouders de schuld te geven, maar deels verantwoordelijk zijn ook alle politieke partijen in de gemeenteraad. Het is hun taak om het college te controleren en de afgelopen jaren is het gemeentelijk beleid verworden tot een zooitje. Een organisatie waar geen afdelingsplannen of afdelingsrapportages gemaakt worden en waar geen tussentijdse bijsturing plaats vindt, is tot mislukken gedoemd. Dat de vier wethouders nog ruim twee jaar in het pluche hebben kunnen blijven zitten, is ook te wijten aan de onmacht van de raad, die tot donderdag 8 november nooit een meerderheid heeft kunnen creëren om de hoofdverantwoordelijken voor het bestuurzooitje tot de orde te roepen. Nu lijkt het, mede gezien het financiële tekort van bijna 100 miljoen euro, nog maar een kwestie van (korte) tijd totdat ‘hogerhand’ Oegstgeest dwingt om haar zelfstandigheid op te geven.

07 augustus 2011

Controversial views on psychiatric care practices

Whether voluntarily seeking mental stability or forcefully incarcerated, the patients in Dutch psychiatric care facilities face a very different daily life than those on the outside. But in one care centre, patients say conditions are unacceptable. JOEP DERKSEN investigates their claims only to discover institutionalised care is difficult for everyone involved.

Shadowy practices seem to be taking place at Spaarnepoort, the closed department psychiatric care centre GGZ inGeest (please define GGZ) in Hoofddorp. Patients complain that they are forced to take medication and that they are locked-up in a solitary cell for periods that can go longer than a week. Also, inhabitants use illegal drugs on a regular basis. The people who live in this closed department, are experiencing temporary confusion and looking to improve their mental health. Sometimes admission is forced upon them so that they can be guided into a better life in which they can independently function in the society. Until that time comes, liberties are severely restricted.

Upon admission, patients are often first placed in an isolation cell. Their time there can last anywhere from a few hours to stretches of up to eight days. As soon as patients are allowed to leave the isolation cell, they find that everyday life in this institution is no laughing matter. All of the centre's rooms look exactly the same and contain a bed, nightstand and closet. A table and office chair can be found in the one corner and, in many cases, patients are not allowed to watch television. The entire building has one recreation room and two dining rooms. A patient's stay in the care centre can vary between a few days to more than three years. During that time, liberties can be built up. These can include a few hours on the Internet or even outside access. Patients without these liberties can only admire the sun and clouds from the patio; an open space without a roof located in the centre of the institution.

Darker side

It sounds like the average psychiatric institution environment, but John and Simon* reveal a darker side to life at GGZ inGeest. “Fights happen on a regular basis and fellow-inhabitants abuse each other,”says John. He says he has informed supervisors that there is need for camera surveillance and that certain patients should be guided and watched more intense. But he says there is another reason for worry. Patients are sometimes forced to take medication; a severe breach of the physical privacy. “Without any clear explanation people are heavily sedated with Haldol and this often happens before a court case takes place. Because of the Haldol, patients are not able to make their point in front of a judge,” John says. Because patients can be forcefully placed in the institution, there is often the possibility to appeal that decision. In these cases, a judge visits the centre and a trial takes place on site.

However, Simon says that some patients are intentionally drugged by their psychiatrist beforehand. He or she is then further confused, and a judge inevitably extends their stay in the facility. “Some of us did not even know that the man in front of us was a judge,” says Simon. “This injecting of people is equal to practices in the Second World War. The medical staff can do whatever they want.”

Problems

A maximum of 18 patients resides at Spaarnepoort, among which are four drug addicts. These patients create extra problems, say John and Simon, because they use all options to obtain their shot of coke or drag of hashish. One of them has escaped for seven times already, Simon informs. “And no measurements are taken to stop this.” When the addict returns, he smuggles drugs into the institution, “in his wallet, pants or underpants.” Both John and Simon have had enough of these unacceptable conditions and call out to the media to let people know of these mishaps.

Indeed, these claims are largely confirmed by GGZ inGeest officials. Because of professional courtesy, communication adviser Gert de Jager cannot answer any questions regarding individual problems, but he does support claims that drugs are being smuggled inside the clinic. He also confirms that separation, or isolation, practices are is used when needed for example when a patient is unruly or refusing treatment. At least two times, patients have been put in isolation for eight days. De Jager says that no laws have been broken in doing this. “In applying separation, GGZ inGeest is following legal procedures. In an acute emergency situation, separation can be applied for a period of a maximum of seven days. When there is still danger, a longer period of separation is necessary.”

According to the Bijzondere Opnemingen in het Psychiatrisch Ziekenhuis (Bopz, Special Admissions in the Psychiatric Hospital) laws, there is no maximum term for isolation periods. After the seven day period, however, doctors and the centre's director judges whether separation should continue. This is the case when a patient poses a threat to the department which cannot be curtailed in any other way. “When all alternatives have been tried and failed, separation is the one and only way to protect the patient and his environment, the fellow patients and the employees,” says De Jager. Locking patients in an isolation cell occurs much less than it did a few years ago. This is largely due to a project called Compulsion and Pressure wherein separation rooms were shut down and employees were trained in de-escalation.

Illegal

De Jager acknowledges that there may be some truth to John and Simon's claims that illegal drugs are used within the institution. “Within all clinics of GGZ inGeest, therefore also at Spaarnepoort, we have an active policy of keeping the departments free of drugs. Special house rules have been set up for this, which the patients have to read when being incarcerated. However, a psychiatric clinic is not a prison. We strive for a humane climate, without too much repression. When patients recover from their acute crisis, it is therefore common use to provide them with liberties outside the clinic. In these situations, drugs may enter the clinic, despite solid understandings and supervision.”

However, De Jager denies the suggestion that medication such as Haldol is forced on patients. He further disagrees with the idea that this is intentionally done to tamper with court cases. “This is not true. According to the law and strict conditions forced medication, such as Haldol, can be used with patients who are being held against their will. This has nothing to do with the time period before a court case takes place.”

Haloperidol is a typical antipsychotic. It is in the butyrophenone class of antipsychotic medications and has pharmacological effects similar to the phenothiazines. Haloperidol is an older antipsychotic used in the treatment of schizophrenia and, more acutely, in the treatment of acute psychotic states and delirium. A long-acting decanoate ester is used as a long-acting injection given every 4 weeks to people with schizophrenia or related illnesses who have a poor compliance with medication and suffer frequent relapses of illness, or to overcome the drawbacks inherent to its orally administered counterpart that burst dosage increases risk or intensity of side effects. In some countries this can be involuntary under Community Treatment Orders.

Haloperidol is an antipsychotic butyrophenone. Due to its strong central antidopaminergic action, it is classified as a highly potent neuroleptic. It is approximately 50 times more potent than chlorpromazine (sold under the brand name Thorazine, among others) on a weight basis (50 mg chlorpromazine is equivalent to 1 mg haloperidol). Haloperidol possesses a strong activity against delusions and hallucinations, most likely due to an effective dopaminergic receptor blockage in the mesocortex and the limbic system of the brain. It blocks the dopaminergic action in the nigrostriatal pathways, which is the probable reason for the high frequency of extrapyramidal-motoric side effects
The drug is well and rapidly absorbed and has a high bioavailability. Plasma-levels reach their maximum within 20 minutes after injection. The decanoate injectable formulation is for intramuscular administration only and should never be used intravenously. The bioavailability is 100% and the very rapid onset of action is seen within seconds. The duration of action is 3 to 6 hours. If haloperidol is given as a slow IV infusion, the onset of action is slowed, and the duration prolonged.

Fire

De Jager says that one of the centre's patients has indeed escaped - seven times. He does this in any way possible, for example by lighting his coat on fire. In doing this, smoke detectors sound the alarm and all doors open automatically, thus giving him an opportunity to escape. A few hours later he returns, and is under the influence.

De Jager says that measures are taken to prevent this from happening and that security is on hand to keep unauthorised patients from leaving the facility.
“Yet, the climate at the department and inside the buildings should not resemble a prison. Besides, according to the fire safety rules, all clinic doors should open immediately when a fire alarm sounds. Because of this, we cannot provide a 100% guarantee that patients will never leave on their own initiative,” he says.

Furthermore, special measures are taken to prevent the most disturbed patients from escaping.
“Patients who are so confused that they are being held against their will are nursed on a closed department,” he explains. “The medical staff of that department is informed of the liberties of each patient and keeps track of who.”



* To protect the persons involved, their real names are only known by the writer.

27 oktober 2010

‘Ik ben altijd dorpsdominee geweest’

NOORDWIJK – Dominee Albert Carstens gaat, na 37 jaar in dienst te zijn geweest als predikant, met emiraat. In een openhartig interview vertelt hij over wat hem al die jaren gedreven heeft, zijn twijfels en passies. ‘Ik ben een eb en vloedgelovige’.

Carsten’s vader was ook dominee en dat heeft mede zijn toekomst bepaald, zo laat de aanstaande emeritus weten: ‘Het boeide me hoe hij bezig was onder de mensen. Hij reed op een oude Solex tussen de Friese dorpen en ik fietste hem achterna. Daarna zat ik in de kerk en luisterde. Noem het gerust een adoratie aan mijn vader: hij zette voor mij de lijn omdat hij niet verplichtte dat ik dominee zou worden.’

Na zijn studie werd Carstens (63) gevraagd om in Friesland dominee te worden. ‘Die heb ik allemaal afgewezen. Mijn vader was confessioneel dominee en als student was ik me in een andere richting aan het ontwikkelen. Het werd De Kaag in 1973, waarna Middelharnis en Heemstede volgden. In oktober 1993 kwam Carstens naar Noordwijk: een perfecte combinatie. Als dominee van de Protestantse Gemeente Noordwijk was er vrijwel onmiddellijk een chemie tussen hem en de parochianen. ‘Ik ben altijd een dorpsdominee geweest. Mijn spontaniteit en hoe de mensen op me reageerden zorgde voor een klik. Ik ben hier 17 jaar geweest en wilde niet meer naar een andere gemeente.’

Boetedoening

In het geloof gaat het ook om boetedoening. Wat was uw grootste zonde? Carstens lacht: ‘Dit kan nog een lang interview worden. Tel uw zonden één voor één, maar vergeet er geen een. Sinds ik twintig jaar geleden met roken stopte, ben ik een koekjesmonster geworden.’ Hebt u wel eens getwijfeld over het geloof en of er een God is? ‘Regelmatig. Ik heb nooit de zekerheid gehad of ik mijn werk zou kunnen volhouden. Ik twijfelde nooit aan mijn eigen inzet, maar wel of ik dit kon. Je praat namelijk niet alleen voor jezelf, maar je legt verantwoording af aan je geloof. Daar moet je kunnen achter blijven staan. Ik ben een eb en vloedgelovige; ik heb aan mijn geloof getwijfeld.’

Carstens licht toe: ‘Het geloof is van horen zeggen. Dat staat aan de basis van mijn twijfel; moet ik de mensen geloven die over God en het geloof hebben verteld? Is er een God? Is het waar wat er gezegd wordt? Die vragen zijn er altijd geweest en zijn er nu nog. Ik sta echter nog steeds achter het geloof, dankzij de Woorden, het Boek en de Boodschap. Zonder een zak vol woorden in mijn broekzak houd je alleen geleuter over. In buitengewoon moeilijke omstandigheden hebben de woorden meer te melden dan ikzelf ooit kan.’

Prachtig

‘Dominee zijn is een prachtig beroep. Ik houd van de mensen en temidden van hen werken is vermoeiend, maar ook heel boeiend. Zelfs in heel verdrietige omstandigheden werken vond ik niet vreselijk. Je ervaart op die momenten het heel wezenlijke, waar het in het leven om gaat.’ Later deze maand leidt Carstens voor het laatst een dienst, waarna dominee Van Houwelingen het spreekwoordelijke stokje overneemt. ‘Mijn dochter en schoonzoon hebben gevraagd of ik tijdens de afscheidsdienst mijn eigen kleinzoon wilde dopen en dat heeft me diep geroerd’, vertelt Carstens stralend. De komende jaren gaat hij volop genieten en zijn pas gekochte 62-jaar oude houten ‘pensioenboot’ restaureren. ‘Wanneer ik daarmee klaar ben, kan ik ’s winters in m’n eentje op het water en tussen het riet zeilen. Heerlijk!’

19 oktober 2009

‘Ik ben psychisch in de vernieling gewerkt’

Slachtoffer wil aandacht voor seksuele intimidatie op het werk

STREEK – Een voormalig ambtelijk medewerkster van een regionaal opererend reïntegratie en ontwikkelbedrijf, heeft na jaren strijd haar juridische gelijk gehaald. De Rechtbank in Den Haag achtte dinsdag 8 september bewezen dat er door een (indirect) leidinggevende van haar sprake is geweest van seksuele intimidatie. De dader dient een, nog nader te bepalen, schadevergoeding te betalen en de medewerkster ‘Suzanne S. (pseudoniem)’ kan na meer dan drie jaar haar leven weer oppakken.

Ze komt echter met haar verhaal in de openbaarheid omdat ze aan andere slachtoffers van seksuele intimidatie (zowel vrouwen als mannen) wil laten zien dat het wel degelijk zin heeft om te strijden voor het eigen recht. ‘Machtsmisbruik door leidinggevenden komt veel voor. Daarnaast wordt 1 op de 9 mensen seksueel misbruikt, geïntimideerd of gemanipuleerd. De rechtbank heeft nu erkend dat mijn indirect leidinggevende inderdaad de dader is. Die man heeft me psychisch naar de kl.ten geholpen.’

Expliciet intieme inhoud

In het vonnis worden de uitlatingen van S. bevestigd. ‘Partijen hebben elkaar eind 2005 leren kennen en elkaar vanaf begin 2006 steeds intieme(re) emails gestuurd. De toonzetting van de emails vanaf medio 2006 van de zijde van de eiseres is dat zij de relatie met gedaagde wilde beëindigen. De antwoorden per email van gedaagde laten zien dat hij dat ook zo heeft opgevat.’ S. reageert op dit onderdeel van het vonnis: ‘Desondanks is hij doorgegaan met het sturen van seksueel getinte emails. Er is gewoon nooit sprake geweest van een relatie. Het was altijd op aandringen van hem en ik durfde hem niet krachtig aan te spreken op zijn gedrag. Hij is intieme mails blijven sturen en heeft duidelijk laten blijken dat hij als leidinggevende in de positie was over mijn functie en toekomst te beslissen.’

Het vonnis stelt: ‘Tot en met 2007 zijn er in ieder geval door gedaagde aan eiseres emails verzonden met een zeer expliciete intieme inhoud (zowel privé als op het werk). Eiseres heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat sprake is geweest van seksuele intimidatie door gedaagde. De eiseres heeft psychische schade geleden.’

Met deze uitspraak is zij een van de weinigen in Nederland die de dader voor een rechtbank heeft gedaagd en in het gelijk is gesteld, zo laat Rikki Holtmaat, Hoogleraar in Leiden aan de Juridische Faculteit, weten. ‘Suzanne S. is wel zo dapper geweest om tegen die pleger actie te nemen. Dat komt niet zo vaak voor. Ik heb de afgelopen 25 jaar de jurisprudentie gevolgd en ben minder dan tien rechtszaken tussen slachtoffer en pleger tegen gekomen. Al moet ik erbij zeggen dat lang niet alles wordt gepubliceerd. Feit blijft echter dat het merendeel van de rechtszaken speelt tussen de pleger en de werkgever of het slachtoffer en de werkgever. Meestal hebben de slachtoffers geen moed genoeg om deze rechtsgang te maken. Suzanne heeft in dat verband een voorbeeldfunctie.’

Schikking

De voormalige werkgever heeft indertijd een onderzoekscommissie ingesteld naar aanleiding van de seksuele intimidatie en de bewuste leidinggevende gesanctioneerd. Ook heeft het bedrijf een schikking geregeld met Suzanne S. Zij had de functie van vervangend werkleider en later Coach on the job bij het bewuste bedrijf. Haar voormalige werk heeft ze moeten opgeven, omdat ze het niet aankon steeds terug te keren naar de werkplek waar de seksuele intimidaties plaatsvonden. Ze vertelt: ‘Mijn voormalige werkgever heeft er niets van geleerd. De dader werkt daar nog en niemand durft zijn mond open te doen. Het reïntegratie en ontwikkelbedrijf moet sociaal zwakkeren helpen in de samenleving, terwijl voor mij geen sprake was van een gezonde en veilige werkomgeving.’

De voorzieningenrechter oordeelde dat de gedaagde een voorschot van 2.000 euro op de gevorderde immateriële schadevergoeding moet betalen. Het uiteindelijke totaalbedrag wordt in een latere rechtszaak bepaald. De veroordeelde man heeft aangegeven niet mee te willen werken aan een interview.

‘Deze zaak kent alleen maar verliezers’

TEYLINGEN – De heer Hooite Muller, directeur van de MareGroep, beschouwt de casus rond Suzanne S. als afgesloten. ‘We hebben een kleine twee jaar geleden een externe vertrouwenscommissie opgezet, die hoor en wederhoor heeft gepleegd. Zij hebben een advies aan de directie geschreven en dat advies heb ik overgenomen. De betreffende medewerker is uit zijn functie gezet en gedegradeerd. Onze juridische adviseurs hebben geoordeeld dat er onvoldoende grond zou zijn voor ontslag op staande voet.’

Het nieuws over het vonnis in kort geding van 8 september, waarbij S. in het gelijk is gesteld, had de directeur nog niet bereikt. Hij verbaast zich niet over het oordeel van de voorzieningenrechter, zo laat hij weten: ‘Dat de betreffende medewerker verwijtbaar heeft gehandeld, hadden we zelf al geconstateerd. Maar dit station is helemaal gepasseerd. Als mevrouw had willen blijven werken bij onze organisatie, dan hadden we alles zo geregeld dat ze elkaar niet zouden tegenkomen.'
'Zij had een ambulante functie waarbij er afspraken waren gemaakt dat ze slechts een keer per week niet in het pand hoefde te komen, om contact met de andere medewerker te vermijden. We hebben deze zaak met de uiterste zorgvuldigheid afgesloten en hebben hypercorrect gehandeld.’
Blijft de betreffende medewerker naar aanleiding van het vonnis door de voorzieningenrechter bij de MareGroep werken? ‘Natuurlijk blijft hij werkzaam in de onderneming, er waren reeds passende sancties genomen. Ik wil wel zeggen dat deze zaak alleen maar verliezers kent.’

Stoere motorrijders geven mishandelde kinderen hun zelfvertrouwen terug

Bikers Against Child Abuse

STREEK – Motorrijders hebben niet altijd een goede naam, zeker wanneer ze in groepen, zogeheten MC’s, opereren. De waarheid is echter niet zo zwart-wit als soms wordt voorgesteld en veel van de heren en dames hebben een groot hart. Zo heeft begin 2007 een groep motorrijders de Stichting BACA Nederland opgericht.
Door Joep Derksen
BACA staat voor “Bikers Against Child Abuse” en om alle misverstanden uit de weg te ruimen, laat Spokesman Robert “Zwerver” Meijer direct weten: “We zijn geen pedorammers. Als iemand van ons dat zou doen, dan vliegt hij er uit. Onze mensen moeten niet met de vingers aan de pedo’s zitten: wij blijven van hen af. Wij geven de kinderen hun zelfvertrouwen terug en we laten de daders over aan de politie en justitie.”
BACA is begin 2007 opgericht uit onvrede hoe de maatschappij omgaat met het verschijnsel pedofilie. “Een kind wordt vijftien keer verkracht en dan krijgt zo’n pedo een lullige taakstraf van 200 uur. Als de ‘straf’ voorbij is, gaat de pijn voor het kind nog vele jaren door. De druppel die de emmer deed overlopen was de oprichting van de pedopartij: twee man, bij ons bekend als Porvida en De Lange, hebben BACA opgericht. Ons doel is om de kinderen te laten lachen en hen zelfvertrouwen te geven.”
Verschrikkelijke ervaringen
Meijer beschrijft de situatie: “Een kind is vanwege die verschrikkelijke ervaringen vaak zijn of haar zelfvertrouwen helemaal verloren. Wij komen op een dag met dertig of veertig stoere bikers langs en geven hiermee een duidelijk signaal af aan het kind: ‘Dat zijn mijn vrienden en niemand kan mij nu nog wat maken’. Als eerste leren we zo’n held de geheime bikershanddruk en we geven hem dan een BACA-T-shirt. Op dat moment is hij lid van de BACA-familie. Hij/zij mag achter op een trike zitten en wordt samen met de vriendjes en vriendinnetjes door de buurt rondgereden.
Ook nadat zo’n dag voorbij is, houden we contact, want regelmatig als een van de BACA-vrijwilligers weer voorbij het huis rijdt, claxonneert hij of zet het gas even extra open. Dan zegt het kind vaak tegen zijn ouder/verzorger: ‘Dat was weer een vriend van me!’ Een dader heeft een kind vaak langdurig bedreigd en wij hebben een heleboel kinderen weer zelfvertrouwen gegeven. Hij weet dat hij dertig grote volwassen kerels als vrienden heeft."
In de Duin- en Bollenstreek is het aantal BACA-vrijwilligers het afgelopen jaar verdubbeld tot 70 en zij hebben tot nu toe veertig ride-outs gehouden. Landelijk zijn er 300 actieve supporters. Daarnaast steunen 5.000 motorrijders de BACA door een of meerdere malen aanwezig te zijn bij een zogeheten ride-out. Uit politiestatistieken blijkt dat circa 40% van de aangiftes voor kindermishandeling fout is. Hoe kan BACA garanderen dat ze zich niet mengen in een vergiftigde scheidingsprocedure? Meijer: “Je komt bij beschadigde gezinnen en ik praat met de mensen namens BACA. We willen niet in een vechtscheiding komen en daarom vraag ik altijd de papieren van jeugdzorg en van een veroordeling op. Ik stel verder heel kritische vragen voordat we een ride-out in elkaar zetten. Daarnaast studeer ik kinderpsychologie om te weten wat er omgaat in zo’n kinderkoppie.”
Vunzig
Een dader van kindermishandeling is vaak een bekende van het slachtoffer en regelmatig kan de omgeving aan de bikers aanwijzen wie het leven van een kind probeerde te verwoesten. Is dan de neiging niet heel groot om eens met z’n allen verhaal te halen op die persoon, zeker nadat je allerlei vunzige details te horen hebt gekregen? “Natuurlijk heb je die neiging soms wel eens, maar als zo’n persoon ons wordt aangewezen, dan draaien we ons met z’n allen om. Wij komen op voor de slachtoffers tot 16 jaar en de daders zijn voor de justitie. Als we het hebben over daders, dan spreken we niet alleen over pedofielen, maar ook mensen die kinderen mishandelen, verrot schoppen en verwaarlozen.”
Tot slot: als je de afkorting BACA omdraait, staat het voor de algemeen bekende, en door de rechter verboden, afkorting: “All Cops Are Basterds”. Is dat toeval? Meijer lacht: “Toeval bestaat wellicht niet. Maar de term BACA komt uit Amerika. Wij zijn gewoon mensen en huisvaders. Zelf ben ik opa: we zijn geen gevaarlijke motorrijders of lid van een MC, maar komen op voor de slachtoffers.”
De eerstkomende BACA-run is op 5 juni 2010, waarbij 500 man rijdt van Zeewolde naar Vliegveld Valkenburg. Daar wordt een groot feest georganiseerd bij Easy Riders, waarvoor iedereen is uitgenodigd. Voor meer informatie over BACA: www.bacawest.nl. Om BACA te steunen is er een sms-dienst: stuur STBACA AAN naar 7575 (1,50 euro per minuut). Om af te melden: STBACA UIT naar 7575.

“Het gaat pas goed met jou als het met je buurman goed gaat"

De maatschappelijke betrokkenheid van René van Elburg
SASSENHEIM – Als een van de eersten in Nederland voerde hij een winstdelingsregeling in voor de medewerkers van zijn drukkerij. Ook was hij mede-initiator van revitalisering van het Park Rusthoff in Sassenheim. Maatschappelijke betrokkenheid kan Sassenheimer René van Elburg (73) dan ook niet ontzegd worden. "Als je zegt dat je de bijbel voor lief neemt, dan besef je dat het pas met jou goed gaat wanneer het met je buurman goed gaat." Maar niemand's leven gaat over rozen: groot verdriet trof ook Van Elburg toen in maart van dit jaar na een ziekbed zijn dochter Paula overleed. "Dat wij gezond zijn geeft ons verplichtingen om op haar manier door te gaan."
Door Joep Derksen
Zonder twijfel heeft Van Elburg’s vader, die in 2000 werd uitgeroepen tot Warmonder van de eeuw, een grote invloed gehad op zijn leven. Op de vraag hoe Van Elburg de carrière van drukker heeft vervolmaakt, antwoordt hij uitgebreid, waarbij hij herinneringen aan zijn vader ophaalt. “Mijn vader wilde oorspronkelijk leraar Engels worden en in de jaren ’20 van de vorige eeuw heeft hij een aantal jaar in de Verenigde Staten gewoond. Hij werkte daar in een drukkerij. Terug in Nederland in 1930 ging hij ook in een drukkerij werken, waarbij hij in de avonduren Engels leerde. Hij leerde zijn vrouw, mijn moeder, kennen, maar haar vader vond het vak van leraar niet hoog in aanzien staan. Mijn vader’s schoonvader leende hem 1.500 gulden om een drukkerij te kopen en dat werd de drukkerij in Warmond vlakbij het seminarie. De achterliggende gedachte hierbij was dat van het seminarie vast opdrachten zouden komen.”
“In de oorlog zat mijn vader in de ondergrondse, waarbij hij bonnen en ausweissen drukte. Hij werd verraden, gearresteerd en moest zijn eigen graf graven van de Duitsers. Een week later zou hij gefusilleerd worden, maar tijdens Dolle Dinsdag (september 1944) werd hij door het verzet bevrijd uit de gevangenis. Hij heeft zich vervolgens enkele weken verstopt onder de planken van de drukkerij. Tijdens de oorlog leerde mijn vader de kunstschilder Pieter Gerards kennen. Ze spraken af dat Gerards portretten van heiligen ging schilderen, zodat mijn vader’s drukkerij ElWa (Elburg Warmond) dan plaatjes hiervan ging drukken om te verkopen aan kloosters. Er was een gigantische vraag naar heiligen en het maakte vaak niet uit om wat voor een heilige het ging. Ik verdenk mijn vader ervan dat hij heiligen creëerde die er niet waren.”
Celibaat
René van Elburg ging in Warmond naar de lagere school om vervolgens in Leiden naar de Mulo te gaan. Als oudste zoon in een Rooms-katholiek gezin werd aan hem regelmatig gesuggereerd of hij niet iets ervoor zou voelen om het seminarie in te gaan. Van Elburg zegt hierover: “Dat was niets voor mij en waarschijnlijk het celibaat ook niet.”
“Ik kon aardig leren en zag toen ik 15 jaar was een folder van de Grafische school in Amsterdam. Iets creëren en mooie dingen maken trok me wel, dus fietste ik het eerste jaar elke schooldag van Warmond naar Amsterdam en weer terug. Daar ben ik nog steeds trots op. In de volgende drie schooljaren ben ik op de kost gegaan bij familie."
"Na mijn studie werkte ik als calculator in Amsterdam tot mijn vader me op een zondag belde met de vraag of het mij niet iets leek om een drukkerijtje te kopen: 15.000 gulden, inclusief een woning. Mijn vader kocht het en dus werd ik drukker als jongen van 23 jaar, met een zetter in dienst. Indertijd was de bollensector erg in opkomst en ze hadden afbeeldingen nodig om de bloemen te laten zien. In die dagen werd zo’n bloem geschilderd op een paneeltje, wat gereproduceerd moest worden.” In 1964 nam Van Elburg de zaak van zijn vader over, waarna het bedrijf grote furore maakte met het op een betere en meer originele manier creëren van dia’s en beelden van bloemen.”
Op maatschappelijk vlak is Van Elburg zeer actief, zo zat hij in het bestuur van het arbeidspastoraat, was hij voorzitter van het kerkbestuur in Sassenheim en voorzitter van het Verbond van Drukkerijen, district Leiden. Ook voerde Van Elburg als een van de eersten in Nederland een winstdelingsregeling in voor alle medewerkers. Hij doet er heel nuchter over: “We gingen best aardig verdienen en ik vond dat deze inkomsten niet van mezelf waren. Als je zegt dat je de bijbel voor lief neemt, dan besef je dat het pas met jou goed gaat wanneer het met je buurman goed gaat.”
Park Rusthoff
Van Elburg: “Nadat ik met het drukkerijwerk gestopt ben, wilde ik wat omhanden hebben. Ik heb geld verdiend aan de natuur en wilde ook weer wat aan de natuur teruggeven. Als lid van de Rotary wilde ik ook een project in Sassenheim opzetten en het eerste idee was om de Rotaryleden het park op te laten knappen. Dat bleek echter ondoenlijk, waarop we 25.000 euro ingezameld hebben om het park te revitaliseren. De gemeenteraad van Sassenheim heeft indertijd twee miljoen gulden ter beschikking gesteld en we hebben geld ingezameld via de Stichting Vrienden van Park Rusthoff, om het hek rondom het park te realiseren. Ons beheercontract loopt in 2013 af en in ieder geval tot die tijd onderhouden we het park met 96 vrijwilligers.”
Op dit moment wordt druk gewerkt aan de realisatie van een paviljoen: “Dat was min of meer mijn idee, want je wilt een ruimte om de schoffels op te bergen en een plek om koffie te drinken. Ook willen we deze locatie gebruiken als educatief centrum, want de meeste mensen weten het verschil niet tussen een bol en een knol.”
Emotioneel
Zondag 8 maart van dit jaar overleed Van Elburg’s dochter Paula. Wat heeft haar overlijden met hem gedaan? Hij wordt emotioneel en grijpt naar zijn zakdoek: “Daar ga ik bijna weer janken. Paula heeft nooit iemand of iets kwalijks genomen dat de ziekte haar is overkomen. Je dacht dat het alleen maar bij je buurman gebeurt, maar dan gebeurt het toch bij jezelf. De omgeving verwacht dat je flink bent, maar dat kan niet altijd. Paula was een beetje als ik, maar vooral een combinatie van mijn vrouw en ik. Paula spande zich in om een andere maatschappij te maken (ze was onder andere gewaardeerd raadslid voor de PvdA in Lisse - JD) en dat dit nu juist haar moest overkomen.”

Van Elburg vervolgt: “We zijn over de denkwijze heen: ‘Waarom nou Paula?’ We zijn heel trots op haar, maar over het verdriet van het verlies van je kind kom je nooit heen. Dat wij gezond zijn geeft ons verplichtingen om op haar manier door te gaan.” De band tussen Van Elburg en zijn vrouw en hun kleinkinderen en schoonzoon is nu sterker dan ooit: “Je probeert een vriend te worden van die jongens en het is geweldig dat dit van hen mag.”

Zwakbegaafde bewoner (12) verkracht in tehuis

(Verschenen in AD-Utrechts Nieuwsblad op donderdag 24 september)

BOSCH EN DUIN - Een 16-jarige bewoner van de instelling Christophorus voor verstandelijk gehandicapten in Bosch en Duin is aangehouden op verdenking van verkrachting van een 12-jarige medebewoner. Het incident deed zich al op 2 juli voor, maar politieonderzoek kostte geruime tijd en leidde pas een week geleden tot aanhouding.

De verdachte is inmiddels geschorst uit voorlopige hechtenis en ondergebracht in een gesloten instelling elders, laat woordvoerder Hallebeek van het Openbaar Ministerie in Utrecht weten. Het OM onderzoekt of het incident op zichzelf staat. Ze tekent aan dat de verstandelijke beperking van betrokkenen het onderzoek compliceert.

Christophorus biedt vanuit antroposofische visie onderdak aan circa negentig kinderen en jongeren met een verstandelijke en vaak ook lichamelijke beperking. Vorig jaar uitte de Inspectie voor de Gezondheidszorg stevige kritiek op de instelling. Met name op het gebied van veiligheid en seksualiteit liet het beleid te wensen over. Christophorus kreeg de opdracht voor 15 mei van dit jaar met een verbeterplan te komen.

Christophorus kampt sinds 2007 met exploitatie- en personeelstekorten. Om deze problemen het hoofd te bieden, heeft de instelling aansluiting gezocht bij het grotere Amerpoort in Amersfoort, waarmee het per 1 januari fuseert.

Bestuurder Dick Annegarn van de Stichting Camphill Gemeenschap Christophorus waar Christophorus in Bosch en Duin onderdeel is: ,,Er heeft zich inderdaad een incident voorgedaan. De 12-jarige is iets overkomen, maar het is altijd de vraag wat er is gebeurd. Bij verstandelijk gehandicapten is dat moeilijk te achterhalen, omdat niet altijd duidelijk is wie slachtoffer is en wie dader. De politie moet dat uitzoeken.'' Annegarn ontkent dat er sprake is van structurele misstanden.

Ook woordvoerder Paul Kusters van de William Schrikker Groep, die verantwoordelijk is voor de plaatsing van het slachtoffer in Christophorus, zegt niet op de hoogte te zijn van kritische rapporten van de inspectie over de instelling.

De vader van het slachtoffer haalde zijn zoon kort na het incident op en dook enkele weken met hem onder. Sinds 20 augustus is de jongen terug in de instelling in Bosch en Duin. Volgens Kusters is hij daar in een ander huis, met andere medebewoners en personeel geplaatst. De dader was, aldus Kusters, toen al elders ondergebracht.

Het Platform Verstandelijk Gehandicapten opende juist dinsdag een meldpunt seksueel misbruik. Het wil een zwarte lijst opstellen van instellingen waar het mis gaat. (JOEP DERKSEN/ROELAND FRANCK)

“Dit is mijn manier van vrijwilligerswerk”

HILLEGOM – Een voor de Duin- en Bollenstreek volledig nieuw initiatief ziet donderdag 9 april het levenslicht. Dan opent wethouder J. van Griensven Annemieke’s Pluktuin: een plek waar mensen rond kunnen lopen, genieten van de keur aan bloemen en planten en hun eigen boeket kunnen plukken.
Door Joep Derksen
Met deze Pluktuin vervult Annemieke de Haan, die in juli haar 39ste verjaardag viert, haar levensdroom. “Dit is een idee waar ik al jaren mee speel, want ik ben gek van bloemen. In deze Pluktuin kan genoten worden van alle zaaigoed, vaste planten, knollen en bollen die in de Bollenstreek te vinden zijn. Met de Pluktuin wil ik de mensen bewust maken van het unieke van de natuur; door de grote variëteit aan bloemen en planten en de verschillende momenten waarop ze geplant zijn, staan er tot eind oktober constant bloemen in bloei.”
Operatie
Zeer recent heeft De Haan een zware operatie ondergaan, om het gevaar van borstkanker af te wenden. “Ik heb hiermee borstkanker kunnen voorkomen en mijn besluit om de Pluktuin te beginnen gaf me een drive in het herstelproces. Ik ben dus niet zielig, maar voel me zelfs heel rijk. Deze Pluktuin is een plek waar mensen even weg kunnen zijn van alle ellende uit de wereld. Ze kunnen in een stoel zitten of tussen de planten en bloemen lopen. Ook kunnen de bezoekers hun eigen bloemen plukken: dit is mijn manier van vrijwilligerswerk.”
Voor de geplukte bloemen dient overigens wel een klein bedrag worden betaald, maar De Haan verzekert: “De Pluktuin is juist voor de financieel minder draagkrachtige mensen de gelegenheid om voor minimale kosten toch een bloemetje in huis te hebben. Volgend voorjaar als de bollen in bloei staan, dan kunnen de mensen hier ook hun eigen tulpen, met of zonder bol, uit de grond plukken.”
Nu al staan veel van de bloemen en planten in bloei. Genoten kan worden van vaste planten als margrieten, achillea pholox en solidago, maar ook van zaaigoed als de heerlijk ruikende violieren, zinnia’s en strobloemen. Verder zijn er twintig soorten gladiolen en onder meer veel verschillende soorten lelies, narcissen en dahlia’s. Mensen kunnen individueel de tuin, zonder afspraak, bezoeken, maar daarnaast gaat De Haan rondleidingen verzorgen voor schoolkinderen. Ook wordt Annemieke’s Pluktuin een werkplek voor GGZ-cliënten.
Annemieke’s Pluktuin ligt aan de Haarlemmerstraat 17, tegenover het Fordmuseum. De Haan is bereikbaar via: 06 5383 9979.